Liquuidatiereserve versus VVPR-BIS: Broederstrijd met een happy end

Noem ze gerust de Kaïn en Abel, Romulus en Remus of Liam en Noel van de financiële wereld: Liquidatiereserve en VVPR-bis groeiden op in hetzelfde gezin, maar karakterieel konden de twee broertjes niet méér van elkaar verschillen. Terwijl liquidatiereserve vooruitdenkt, plant voor de toekomst en geduldig is, houdt VVPR van daadkracht en snelheid. Lange tijd leefden ze langs elkaar door, tot de overheid ze in 2025 weer dichter bij elkaar bracht. Waarom die gezinshereniging en wat zijn de gevolgen voor jou? Tijd voor een familieportret.

De oude situatie: 2 paden naar fiscaal voordeel

Snelle broer VVPR-bis gaf kmo’s de kans om dividenden uit te keren tegen 15% roerende voorheffing. Weliswaar onder 1 voorwaarde: een geldinbreng in een ‘kleine vennootschap’. Én op naam, zonder preferentie. Het addertje? Je moest 3 boekjaren wachten op het gunsttarief: in jaar 1 betaalde je 30%, in jaar 2 nog 20%, en pas vanaf jaar 3 die 15%.

Liquidatiereserve – de bedachtzame broer – hield je winst liever apart, als onaantastbare reserve. Daarvoor betaalde je meteen 10% extra belasting. Maar wachtte je 5 jaar met uitkeren, dan kreeg je een mooi fiscaal cadeau: slechts 5% roerende voorheffing. Goed voor een totale belastingdruk van 13,64%. En bij vereffening? Dan viel de roerende voorheffing zelfs volledig weg. Wat een gentleman!

2025–2026: de banden aangehaald

Met de jaren lijken broers steeds meer op elkaar. Sinds 1 juli 2025 kunnen liquidatiereserves van 3 jaar oud worden uitgekeerd aan 6,5% roerende voorheffing in plaats van 20%. En vanaf 1 januari 2026 geldt voor nieuw aangelegde liquidatiereserves een standaard wachttermijn van 3 jaar (in plaats van 5) en een vast tarief van 6,5%. Voor vervroegde uitkeringen is dat zelfs 30%. Meer dan bij VVPR-bis! Die verliest dan weer zijn tussenstap van 20%. De eerste 2 jaar betaal je 30%, pas vanaf het derde jaar halveert dat.

Een nieuwe familiedynamiek

Beide broers zijn nu beter op elkaar afgestemd. Na 3 jaar wachten ligt de belastingdruk nagenoeg gelijk: 15%. Maar vergis je niet: ze behielden hun typische karaktertrekjes. VVPR-bis is ideaal voor nieuwe vennootschappen met geldinbreng en snelle dividendwensen. Liquidatiereserve blijft interessant voor wie zijn vennootschap later wil liquideren. Geen roerende voorheffing op de bonus, weet je nog?

Bovendien laten ze nog steeds ruimte voor strategisch denken. Oude liquidatiereserves van 2020 of 2021 uitkeren? Dan kan vanaf 1 juli 2025 versneld aan 6,5% roerende voorheffing. Kun je het geld nog even missen? Wacht gewoon nog een jaartje extra: zo betaal je slechts 5% en bespaar je opnieuw 1,36%.

Tot slot: wie is nu de beste broer?

Dat hangt af van jouw situatie. Heb je snel geld nodig, vertrouw dan op ‘sprinter’ VVPR-bis. Heb je tijd en toekomstplannen, dan is liquidatiereserve mogelijk je beste vriend. Zoals steeds geldt ook hier: overleg met je accountant!

Conclusie: in het fiscale gezin groeiden de regels wat dichter naar elkaar toe, maar de persoonlijkheden van VVPR-bis en liquidatiereserve blijven boeiend door hun verschillen. Kies de broer die het beste bij jou past, en laat je niet verrassen door vadertje staat.

De fiscale familie groeit en verandert voortdurend. Mee blijven met nieuwe ontwikkelingen en onverwachte wendingen? Haal de banden aan met onze specialisten!